Beginnend met taal- en communicatievaardigheid in moedertaal en vreemde taal (Spaans), heb ik onderzoek gedaan naar pragmatic competence in het Nederlands en Spaans, Document Design, advertising research; inmiddels focus ik me ook op persuasieve effecten van het gebruik van sociale media.
Persuasieve communicatie is de rode draad.
Taal en communicatie
Een directieve taalhandeling is een persuasieve strategie: spreker probeert houding en gedrag van aangesprokene te beïnvloeden.
Bij taalgebruik in het algemeen en in een vreemdtalige sociale context in het bijzonder is de interpersoonlijke functie van taal van groot belang: naast de linguïstische competentie zijn de communicatieve en pragmatische competentie een minstens even belangrijke factor. Want bij de interactie tussen spreker en aangesprokene zegt een juiste woordkeus en formulering niet alleen hoe de spreker zijn relatie tot de aangesprokene ervaart, maar ook hoe de spreker wil dat die relatie wordt ervaren door de aangesprokene.
Communicatieve competentie houdt niet alleen een linguïstisch correct taalgebruik in, maar veronderstelt ook inzicht in wanneer, hoe en in relatie met wie taaluitingen geslaagd en effectief zijn, en vaardigheid in het toepassen van deze inzichten. Als onderdeel van communicatieve competentie hanteren gesprekspartners bewust en onbewust communicatiestrategieën die de persuasieve effectiviteit van de interactie beïnvloeden.
De ruime aandacht in pragmalinguïstisch onderzoek voor het gebruik van beleefdheidsstrategieën in moedertaal en vreemde taal is te verklaren uit het feit dat juist in het verschijnsel ‘strategische beleefdheid’ de interpersoonlijke functie van taalgebruik zo duidelijk naar voren komt.
Taal en communicatie
- het beheersen van een (vreemde) taal als systeem, Linguistic competence: vocabulaire, uitspraak, syntaxis;
- het effectief kunnen gebruiken van de (vreemde) taal in de context van taalgebruikssituaties: Communicative competence.
Le Pair, R. (1994)
'Pedir algo': communicatiestrategieën vanuit een pragmalinguïstisch perspectief. In C. van Esch en M. Steenmeijer (red.), Spaans in Onderwijs, Onderzoek en Bedrijfsleven 5 (pp. 38-56). Nijmegen: Katholieke Universiteit Nijmegen.
Communicative competence, Pragmatic competence
De stap naar Pragmatic competence is niet groot: Pragmatic competence veronderstelt
- Sociopragmatic competence: inzicht in sociaal-psychologische factoren die de effectiviteit van taaluitingen beïnvloeden;
- Pragmalinguistic competence: de vaardigheden om deze toe te passen in strategische, effectieve taaluitingen.
Pragmatics, Speech acts, Directive speech acts
De vragen die me bezig hielden en me op een onderzoeksspoor zetten waren:
- Hoe kan het dat tussen zeer taalvaardige mensen de communicatie tekort schiet; dat linguïstisch correct taalgebruik tot pragmatic failures kan leiden?
- Zouden naast de taalverschillen ook verschillen in (communicatie-)cultuur een rol spelen bij het succes of falen van interculturele communicatie?
- Zouden sprekers van verschillende culturen, van wie één van beiden de taal spreekt die niet zijn of haar moedertaal is, niet alleen de vreemde taal bijna perfect kunnen beheersen, maar zich ook een zekere intercultural pragmatic competence kunnen eigen maken?
- Welke factoren – machtsafstand, sociale afstand, situationele context – beïnvloeden de appropriateness van een directieve taalhandeling zoals een verzoek?
- Welke Face-saving strategies kunnen de gezichtsbedreiging verzachten en daarmee de kans op een geslaagde verzoek-uiting vergroten? Welke talige middelen kan een spreker daarbij hanteren?
Dus al snel kwam ik bij taalfilosofen als Grice en Searle terecht, bij conversatie-maximen, het Cooperative Principle, taalhandelingstheorieën en Brown en Levinson’s en Leech’s Beleefdheidstheorieën.
Ik was vooral geïnteresseerd in taalhandelingen waarmee de spreker probeert ‘iets gedaan te krijgen’ van de aangesprokene, directieve taalhandelingen: [S]peaker wants [H]earer to do [A]ct.
Directieve taalhandelingen kunnen non-impositive of impositive zijn. Als de spreker met de directieve taalhandeling iets probeert op te leggen aan de aangesprokene – een bevel, opdracht, verzoek – dat moeite kost of bezwaarlijk is voor de aangesprokene, dat is er sprake van meer of minder gezichtsbedreiging, dan is de directieve taalhandeling een Face-Threatening Act. Beleefdheidsstrategieën zijn erop gericht om de gezichtsbedreiging te verminderen: Face-saving strategies.
Beleefdheidstheorieën voorspellen dat meer Face-saving strategies nodig zijn naarmate het verzoek zwaarder is. Ook is de machtsafstand, Power distance, tussen spreker en aangesprokene een factor die de geslaagdheid van een directieve taaluiting beïnvloedt. En ook de sociale afstand, Social distance, heeft effecten op welke directieve uiting in een gegeven context – zakelijke, organisationele situatie, of privé, vertrouwelijk – gepast, geslaagd is.
Het op de juiste wijze inschatten van deze sociaal-psychologische factoren wordt ook wel sociopragmatic competence genoemd. De effecten van deze factoren zijn niet cultuur-onafhankelijk; wat in Nederland een kleine machtsafstand is kan in Spanje een grotere machtsafstand zijn; de perceptie van een kleine sociale afstand kan in Nederland verschillen van de perceptie in een Spaanse context.
Een Nederlandse spreker / leerder van het Spaans met intercultural pragmatic competence heeft niet alleen inzicht in deze sociopragmatische factoren, en hoe het gewicht ervan kan verschillen tussen de Nederlandse en Spaanse taalgebruikssituaties; hij/zij heeft daarnaast de vaardigheid om deze inzichten mee te laten wegen in de taaluitingen die hij/zij kiest bij het formuleren van bijvoorbeeld een directieve taaluiting.
In mijn proefschrift Verzoekstrategieën in het Spaans: een cross-cultureel en intercultureel perspectief (17 maart 1997) ben ik op deze kwesties ingegaan en heb ik drie experimenten uitgevoerd. In het eerste experiment heb ik de verzoek-producties van Nederlanders in het Nederlands in gecontroleerde contexten in kaart gebracht. In het tweede experiment heb ik de verzoek-productie van Spanjaarden in het Spaans in dezelfde gecontroleerde contexten in kaart gebracht. En in het derde experiment hebben Nederlandse leurders van het Spaans verzoeken geproduceerd in dezelfde gecontroleerde contexten als in de eerste twee experimenten.
[toggle title=”Key publications:”]
[titled_box title=”Le Pair, R. (1996).” textColor=”#ffffff”]
Spanish request strategies: a cross-cultural analysis from an intercultural perspective. In K. Jaszczolt & K. Turner (Eds.), Contrastive semantics and pragmatics II (pp. 651-670). Oxford: Elsevier Science.
[/titled_box]
[titled_box title=”Le Pair, R. (1997).” textColor=”#ffffff”]
Verzoekstrategieën in het Spaans: een cross-cultureel en intercultureel perspectief. Dissertatie. Nijmegen: Katholieke Universiteit Nijmegen.
[/titled_box]
[/toggle]
[margin20]
Document design: usability
In usability-onderzoek wordt nagegaan of bepaalde tekstkenmerken van invloed zijn op de effectiviteit, de efficiëntie en waardering bij het werken met (web-)teksten: handleidingen, formulieren, technische instructies, etc. De centrale begrippen en meetbare effecten zijn:
[arrow_list]
- product: waarmee wordt gewerkt, een papieren / gedrukte handleiding, een website, een smartphone-app, etc.
- effectiviteit: bereik je het doel, bijvoorbeeld heb je online een vlucht kunnen boeken en meteen een huurauto gereserveerd?
- efficiëntie: het gemak waarmee het doel bereikt wordt, bijvoorbeeld: moet je tot drie keer toe je naam, e-mail adres en creditcard-gegevens invullen? En als je terug gaat naar de pagina ‘boek een vlucht’, heeft het systeem dan onthouden om welke periode het gaat, vertrek-datum en einddatum?
- waardering, tevredenheid: de meest subjectieve maat voor usability: hou je een goed gevoel over aan het werken met een tekst of website?
[/arrow_list]
In een aantal experimentele onderzoeken zijn we nagegaan in hoeverre tekst- en ook layout-kenmerken van handleidingen en gebruikerskenmerken de usability van die instructieve teksten beïnvloedden.
[toggle title=”Key publication:”]
[titled_box title=”Le Pair, R., Jansen, C., Korzilius, H., Van Gerdingen, J., De Graaf, S., & Visser, R. (2006).” textColor=”#ffffff”]
Information Mapping: Effects of Text Features and Reader Characteristics on Performance and Appreciation. Information Design Journal 15(1), 69-83.
Abstract
In a previous study no effects were found of applying Information Mapping® (IMAP) to a relatively short text. In three new experiments we investigated if text length and the presence or absence of typical IMAP format features would influence possible IMAP effects, and if there would be any interaction effects of the application of the IMAP method and reader characteristics. It turned out that when presented with a relatively long text, readers worked more effectively and efficiently with an IMAP version. Adding typical IMAP format features to an otherwise unaltered conventional text did not produce greater effectiveness but did result in greater efficiency and higher appreciation. No interaction effects were found of the respondents’ linguistic background and the application of the IMAP method.
[/titled_box]
[/toggle]
[margin20]
Persuasieve effecten van visuele retoriek
In ons onderzoek naar het Persuasive design van advertenties ligt de nadruk op de persuasieve effecten van visuele retoriek. Visuele metaforen zijn boodschap-kenmerken waarvan we het persuasieve effect op de ontvanger onderzoeken. In een aantal publicaties doen we verslag van experimenteel onderzoek naar de effecten (ervaren complexiteit, waardering voor advertentie en voor het geadverteerde product, product- en merkgeloofwaardigheid) van het gebruik van visuele metaforen in advertenties:
[margin10]
[toggle title=”Key publication:”]
[titled_box title=”Van Mulken, M., Le Pair, R. & Forceville, Ch. (2010).” textColor=”#ffffff”]
The impact of perceived complexity, deviation and comprehension on the appreciation of visual metaphor in advertising across three European countries. Journal of Pragmatics 42, 3418-3430.
Abstract
With regard to the spatial distribution of pictorial elements in (monomodal) visual (or pictorial) metaphor three types of metaphor can be distinguished: Similes (where the target and source are visually presented separately), Hybrids (where target and source are fused together) and Contextual Metaphors (where either source or target is visually absent). In an experiment using authentic advertisements, it is tested whether consumers’ experience of deviation from expectation and complexity vary with regard to these three types of visual metaphor. Participants in Spain, France and the Netherlands took part in an Internet experiment. Results show that Hybrids are the preferred type of visual metaphor, that deviation from expectation and comprehension have a positive impact on appreciation, and that perceived complexity correlates negatively with appreciation. The effects for nationality are limited.
[arrow_list]
- [fancy_link link=”http://roblepair.nl/effecten-van-visuele-metaforen-in-advertenties/”]Blog-bericht: bespreking van deze studie[/fancy_link]
- [fancy_link link=”http://roblepair.nl/een-publicatie-in-journal-of-pragmatics/”]Blog-bericht: ‘Een publicatie in Journal of Pragmatics'[/fancy_link]
[/arrow_list]
[/titled_box]
[/toggle]
[margin20]
Persuasive design: van usability naar user experience
Van usability naar user experience (UX, en user experience design: UxD) is geen grote stap. Voor de usability van instructieve teksten en van websites is User Centered Design een basisprincipe geworden. Human-Computer Interaction verwijst naar de interactie tussen gebruikers en computers in het algemeen, en tussen gebruikers en web- en smartphone-applicaties in het bijzonder. De gebruikersinterface is de intermediair bij deze interactie.
Met de opkomst van Web2.0 en sociale media is de nadruk bij Human-Computer Interaction komen te liggen op Interaction Design: in de interface tussen mens en computer gaat het ook om de wijze waarop interactie tussen gebruikers ontworpen wordt, en via sociale media: Social Interaction Design (SxD).
Daarmee is ook de stap van Usability naar Persuasion gemaakt. Persuasive Design houdt zich bezig met bijvoorbeeld de vraag welke ontwerpkenmerken van een applicatie een positief effect hebben bij het beïnvloeden van houding en gedrag.
[divider]
[fancy_box title=”Research group: Persuasive Communication”]Mijn onderzoek maakt deel uit van de onderzoeksgroep Persuasive Communication, Center for Language Studies, Faculteit Letteren, Radboud Universiteit Nijmegen[/fancy_box]
[titled_box title=”Research Group Persuasive Communication”]
[one_half]
[clearboth]In Persuasive Communication, we focus on the fascinating process of the interaction between message characteristics and receiver responses.
We investigate how argumentative, narrative, and stylistic message features evoke and guide cognitive and affective processes that ultimately determine the receivers’ attitudes, intentions, and behaviour.
[/one_half]
[one_half_last]
Offline and online message characteristics like argumentation, style, and fear, affect the way in which information is processed, and influences outcomes like self-regulation and persuasion.
Persuasive Communication has a multi-method basis and uses content and discourse analysis to assess the verbal and visual characteristics of offline and online persuasive messages, and experimental research to assess the impact of message variations on the persuasion process.
[fancy_list style=”circle_arrow”]
- [fancy_link link=”http://cls.ruhosting.nl/persuasion/” target=”blank”]Center for Language Studies (CLS) – Persuasive communication[/fancy_link]
- [fancy_link link=”http://cls.ruhosting.nl/persuasion/people/” target=”blank”]Who we are in Persuasive communication[/fancy_link]
[/fancy_list]
[/one_half_last]
[/titled_box]
[divider]