Deze roos is een icoon. Het is niet alleen de grootste en de beste gele van alle Engelse rozen van David Austin, de naam is ook een eerbetoon aan de man die meer deed dan wie ook in de 20e eeuw om oude rozen weer populair te maken [1]
Graham Thomas was in de tweede helft van de twintigste eeuw zeer invloedrijk als tuinbouwkundige.
Toen de oude rozen wat achterop raakten door de steeds maar toenemende belangstelling voor moderne theehybriden was het Graham Thomas die een ommekeer teweeg wist te brengen in hoe er tegen oude rozen werd aangekeken. Zowel in zijn werk als tuinadviseur voor de National Trust in Engeland en Wales, als door een aantal boeken die hij schreef bewerkstelligde hij een enorme revival van de 19e eeuwse rozen. De oude rozen werden weer populair, eerst in Engeland en snel ook over de hele wereld.
David Austin kweekte een schitterende roos die het levenslicht zag in 1983 en bracht daarmee een mooi eerbetoon aan Graham Thomas door deze roos naar hem te noemen.
Een ouder van ‘Graham Thomas’ [2]
En het was natuurlijk niet zomaar een roos die David Austin de eervolle naam ‘Graham Thomas’ gaf. David kruiste in 1973 de rozen ‘Charles Austin’ en ‘Schneewittchen’. Het resultaat daarvan was een prachtige roos die de naam ‘Graham Thomas’ kreeg. ‘Charles Austin’ was een van de eerste rozen die David Austin kweekte: een kruising van Rosa ‘Chaucer’ en Rosa ‘Aloha’, en noemde deze roos naar zijn vader Charles. ‘Charles Austin’ is nog steeds een heel populaire roos.
Charles Austin heeft prachtige oranje tot abrikooskleurige bloemen die in kleine trossen van 3 – 5 verschijnen.
Zie ook in tuin thuis:
Eén van de mooiste rozen in de achtertuin is een gele roos, ‘The Pilgrim’. We staan hier even stil bij één van de ouders van ‘The Pilgrim’, omdat die zo beroemd is: Rosa ‘Graham Thomas’
The Pilgrim bloeit rijk met prachtige heldere zachtgele bloemen; en goede doorbloeier!
Verwijzingen
[1] Quest-Ritson, Ch. & B. (2003). The Royal Horticultural Society – Encyclopedia of Roses. London: Dorling Kindersley.
Nederlandse versie: Het grote rozenboek (2005). Warnsveld: Terra Lannoo. pp. 178.
[2] Idem, p. 88